Bijgewerkt: 29 maart 2024

Op middelbare school worden kinderen financieel zelfstandiger

Nieuws -> Informatief

Bron: NIBUD
16-03-2014

42% jonge tieners: geen gesprek over wie wat betaalt. De overgang van basisschool naar middelbare school leidt vaak tot meer financiële zelfstandigheid voor kinderen. Kinderen krijgen meer te besteden en gaan meer uitgeven. Toch heeft 42% van de jonge tieners niet gesproken over wie wat betaalt. Een gemiste kans. Praten over geldzaken is een goede manier om kinderen al vanaf jonge leeftijd financieel bewust te maken. Dit blijkt uit onderzoek van Platform Wijzer in geldzaken en het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) in het kader van de Week van het geld die vandaag van start gaat.

Grote overgang: meer inkomsten en meer uitgaven op de middelbare school

Scholieren krijgen meer geld te besteden na de overgang naar de middelbare school. Zo krijgen 8 op de 10 kinderen meer zakgeld. Tegenover deze inkomstengroei staat ook een toename van de uitgaven. Eten en drinken, schoolspullen, de mobiele telefoon, leuke dingen doen, kleding, bijna alle uitgaven van jongeren nemen op de middelbare school toe. Van de middelbare scholieren koopt 33% bijvoorbeeld minstens 1x per week iets te eten, of drinken tijdens, of na schooltijd, tegen 8% van de kinderen op de basisschool. De toename van de uitgaven leidt er echter niet toe, dat de scholieren slechter of beter met hun geld omgaan.

Foto Amstelveen
(Bron NIBUD - 2014)

Verwachte veranderingen van ouders van basisschoolleerlingen


Maar minder en andere afspraken

Middelbare scholieren maken daarnaast minder vaak afspraken met hun ouders over de besteding van hun eigen geld (zakgeld, bijverdiensten, rapportgeld) dan basisschoolleerlingen. Op de middelbare school heeft 28% hierover geen afspraken gemaakt, tegen 19% op de basisschool. Daarnaast verandert ook het karakter van de afspraken. Op de basisschool is de belangrijkste afspraak, dat alle aankopen vooraf worden overlegd. Op de middelbare school zijn afspraken meer gericht op het scheppen van kaders: wat moet worden gekocht en wat mag wel en niet worden gekocht?

Praten over geldzaken; wie betaalt wat

Een groot deel van de basisschoolleerlingen verwacht nog in gesprek te gaan over, wie wat betaalt, zodra ze naar de middelbare school gaan. Een groot deel van de middelbare scholieren geeft aan, dat ze dit gesprek nooit hebben gevoerd. Een groter deel van de ouders geeft aan, dat dit gesprek wel gevoerd is. Dit is blijkbaar niet voldoende overgekomen. Praten over geldzaken vormt een belangrijk onderdeel van de financiële opvoeding. Kinderen zien hun ouders als belangrijkste informatiebron als het gaat om geldzaken, zo blijkt uit eerder onderzoek van het Nibud.

Op de weg naar zelfstandigheid vormt de overgang naar de middelbare school een goed moment om het gesprek aan te gaan. Uitgaven nemen toe en de controle van ouders neemt af. Kinderen krijgen meestal niet direct geldproblemen als ze naar de middelbare school gaan, maar kunnen (zo blijkt uit eerder onderzoek) als ze ouder worden onverantwoord financieel gedrag gaan vertonen. Met behulp van zakgeld, maar juist ook door te praten over geldzaken kunnen ouders hun kinderen al vanaf jonge leeftijd leren met geld om te gaan.

Over het onderzoek

Platform Wijzer in geldzaken en het Nibud deden onderzoek onder ruim 500 kinderen (uit groep 8, of de 1e, of 2e klas) en één van hun ouders naar de overgang van basisschool naar middelbare school. Het onderzoek vond plaats in het kader van de Week van het geld die 10 maart 2014 van start ging.

Wijzer in geldzaken is een initiatief van het ministerie van Financiën, waarin partners uit de financiële sector, de wetenschap, de overheid en onderwijs-, voorlichtings- en consumentenorganisaties hun krachten bundelen om verantwoord financieel gedrag in Nederland te bevorderen. Hare Majesteit Koningin Máxima is erevoorzitter van het platform. Download het onderzoeksrapport: Financieel goed voorbereid naar de middelbare school? (pdf 21 pagina’s). Lees meer: Naar de middelbare school



Amstelveenweb.com is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de nieuwsberichten.